Waar blijft de tijd…

Het is al weer even geleden dat we wat van ons hebben laten horen. We hebben het dan ook een soort van een beetje druk gehad.

Ton kwam de 15de juli terug uit Nederland na een vermoeiende 3 daagse treinreis. Iets wat niet voor herhaling vatbaar is gebleken. Behalve dat het erg kostbaar was, was het ook zeer vermoeiend. Gelukkig heeft hij van zijn verblijf in Nederland erg genoten, dus dat maakte alles wel weer goed. Nadat ik hem had opgehaald van het station, hebben we samen nog een dagje aan het meer doorgebracht. In de tijd dat Ton in NL was, heb ik me ook niet verveeld, zie de fotootjes hieronder.

Nieuwe mandela op de Magirus
En ook 1 op een kussen gemaakt (gehaakt)

De volgende dag zijn we naar Évora gereden. Dat bleek een prachtige en knusse stad te zijn, met vele pleinen en terrassen. Een aantal kerken bekeken en de kapel van botten, beetje luguber, maar ook boeiend. Als je de kapel binnen loopt staat op de poort waar je onder doorgaat de volgende spreuk;‘nos ossos que aqui estamos pelos vosso esperamos’ – onze botten die hier zijn wachten op die van jullie’.  De kapel dateert uit de 16de eeuw. Er waren toen 42 klooster begraafplaatsen en dat waren er teveel dus die moesten geruimd worden. Men wist niet wat te doen met al de beenderen en bouwde er dus een kapel van. Er zijn ruim 5000 beenderen in verwerkt.

Vervolgens zijn we op bezoek geweest bij onze Engelse vriend Les,5 jaar geleden in Marokko ontmoet, die sinds dit jaar in de Alentejo woont. Een prachtig huis op een schitterende plek bij een stuwmeer. Genoten van zijn gastvrijheid en hij heeft ons natuurlijk wat van de omgeving laten zien, zoals de oude stad Vila Viscosa, waar nog een oude stadsmuur is en het oude koninklijk paleis. Vanaf een uitzichtpunt kon je naar Spanje kijken. Deze plaats had ook een mooie sobere kerk met muren vol oude Portugese handgemaakte tegels, echt prachtig!

Na een paar dagen bij Les te zijn geweest, zijn we doorgereden naar Hugo, een mede vrijwilliger van de camping in Noord Portugal, die toevallig daar in de buurt op een huis van Nederlanders aan het passen was. We zijn met hem en de honden (hij heeft er 2) naar het meer in de buurt geweest, wat 80 km lang is en grotendeels tussen Spanje en Portugal ligt. Lotte was bijna zover dat ze ook zelf ging zwemmen, maar het bleef uiteindelijk toch bij pootje baden, wat haar gelukkig ook al verkoeling gaf.

De Alentejo is een erg droog gebied. Er groeien hoofdzakelijk steeneiken, verder ziet het land lichtbruin van de droogte. Tot onze verbazing vonden wij een plek die wel een oase leek in het kurkdroge landschap, een heerlijk meer, met groene varens en rondom geknotte essen. Er waren veel vogels in en rond het water. Een heerlijke rustige plek, met grazende koeien achter ons en opspringende vissen in het meer. Naast enkele vissers was het er vrijwel uitgestorven. ’s Avonds kwam er nog een oud boertje langs die op zijn tractor en vergezeld door 2 honden, zijn kudde schapen uitliet. De 2de dag stopte hij om een praatje te maken. Dan is het toch wel erg jammer dat je de taal niet kent. Zodra de zon onder ging kwamen tientallen zwaluwen over het meer vliegen om zich te goed te doen aan de muggen.  Het was jammer dat we na 2 dagen echt verder moesten, want we hadden immers een afspraak de 25ste in Castelo Branco met de makelaar en de notaris.

 

Onderweg naar Castelo Branco kregen we pech met de Magirus. Ton had het eerst nog geprobeerd een beetje te verhelpen met de welbekende duct-tape, maar helaas was dat toch niet afdoende. We hadden een inwendig lek bij de motorrem, waardoor het gaspedaal zijn druk verloor.Door het drukverlies sloot een klep in het uitlaatspruitstuk en valt de motor dood. Beetje technisch en ingewikkeld om uit te leggen, maar uiteindelijk van de weg gegaan, en in een weiland beland waar we in de zinderende hitte de cabine voorover kantelden, zodat Ton de boel toch heeft kunnen verhelpen. We hebben nu alleen geen motorrem meer. Deze gebruik je met name bij afdalingen als extra rem, zodat je de gewone remmen wat kunt sparen. We moeten dus opzoek naar een nieuwe.

De 25ste dan eindelijk trotse eigenaren geworden van een kleine 7 hectare Portugees land. We hadden al wat tuingereedschap gekocht voor we ernaar toe reden dus de volgende morgen konden we meteen aan de slag. Ja, alleen in de ochtend, want het is hier ruim 30 graden, en in de middag is het echt loeiheet. We zullen dus moeten wennen aan vroeg opstaan, ’s middags warm eten, gevolgd door een siësta  en dan in de avonduren nog even wat werken. Gelukkig staat er wel bijna dagelijks een lekker windje wat het maakt dat het nog enigszins uit te houden is. Volgende week loopt het kwik op naar 40 graden, dan duiken we maar in het stuwmeer wat hier 5 minuten vandaan ligt. En om ons makkelijker te kunnen verplaatsen en niet voor elk wissewasje ons hele huis mee te moeten nemen, hebben we vandaag nog een vierwieler gekocht in de vorm van een 23 jaar oude Nisan Almera. Ziet er uit als nieuw en heeft weinig km’s op de teller, dus met een beetje geluk kunnen we hier nog lang plezier aan beleven.

Even solo

Ton is gisteren vertrokken naar Nederland. Op het moment is hij in Parijs en morgenmiddag reist hij verder. Het is uiteindelijk ook gelukt om alle treinen voor de terugreis te reserveren, dus ik weet gelukkig dat hij de 15de terugkomt.

Maar even terug in de tijd, we waren gebleven bij de kust. Eén nacht stonden we ten noorden van Nazaré in een dennenbos. We pasten er maar net in met ons rollend huis. Het strand lag beneden aan de klif, wat een flinke afdaling was, maar dat was niet zo erg, omhoog klimmen was een ware uitputtingslag!

Ton zoekt een schat op het strand. Achter hem de hoge klif

De volgende dag verder zuidwaarts gereden. We vonden een heerlijke plek, Foz, met een fantastisch strand. Hier zijn we een paar dagen gebleven. De bakker kwam langs en de visboer met verse vis en op een half uurtje lopen via een prachtige klif route was een dorp waar we wat fruit en groente konden kopen. Grappig om te zien hoe het camper publiek veranderd. Waren het in de winter- en voorjaars maanden vooral gepensioneerden, nu zijn het jonge mensen met kleine kinderen die op vakantie zijn.

Strand en camperplek rechts van de rivier
de wandeling over het klif
plekje bij het dorp
onze plek

Maar goed we moesten uiteindelijk richting Lissabon, want daarvandaan zou Ton vertrekken naar Nederland. Niet goed wetend waar we heen wilden kwamen we door de stad Mafra. We zagen al van verre een gigantische kerk (dachten we) boven de stad uitsteken. Toen we er vrijwel langs reden, zijn we de parkeerplaats opgereden, wat ook een camperplek bleek te zijn. De kerk bleek een eeuwen oud paleis te zijn en 1 van de grootste gebouwen van Europa. Een enthousiaste Nederlandse camperraar wist ons er van alles over te vertellen. Nieuwsgierig geworden besloten we om het paleis te gaan bezoeken. Om de beurten ivm Lotte. Het was zeker het bezoeken waard. Het paleis bestond naast het pracht en praal gedeelte ook een abdij, waar de franciscanen leefden. Een bizar contrast. En in het midden van dit alles was de basiliek gebouwd. Die middag ging het regenen en besloten we om niet verder te rijden.

het paleis, zo groot, past niet op 1 foto
1 van de 2 zijvleugels
keuken van de Franciscanen
plafond schilderingen
jachtkamer
zelfs het meubilair bestaat uit jacht trofeeën
bibliotheek

Heel Mafra, (en ook vele andere plaatsen in Portugal), rook zoet. De vele  linde’s stonden in bloei en verspreidden een heerlijke geur.

Linde in bloei

De volgende dag reden we om Lissabon heen, over de gigantisch hoge brug (ik durfde niet naar beneden te kijken) naar Almada, een druk toeristisch strand ten zuiden van Lissabon, vol strandtenten. We konden het niet laten om te gaan eten in een visrestaurant. We bleken echter naast een uitgaanstent te staan, waar de muziek tot een uur of 5 ’s morgens heel hard klonk. Deze plek dus maar verlaten om een iets rustigere plaats op te zoeken.

eten in het visrestaurant

We reden richting  Alcácer do Sal.  De camperplek was niet echt bijzonder en na de lunch zijn we doorgereden naar Grandola. Hier was een station, en aangezien Ton nog de nachttrein terug naar Lissabon moest reserveren, wat alleen op een station kan, gaan kijken of dat daar mogelijk was. Maar helaas, alles zat dicht. Mensen kopen hier hun tickets online, of in de trein. Dan moest hij het maar doen de dag van vertrek, in de hoop dat er dan nog plek zou zijn (wat gelukkig, bleek later, het geval was)

Opzoek naar een fijne plek voor mij om te staan tijdens Ton zijn afwezigheid, zijn we doorgereden naar de kust, die niet ver verwijderd was. We vonden een mooie plek aan de rand van het bos en na 5 minuten lopen kwamen we op een gigantisch strand met een zee met echte hoge golven.

heel groot strand

Toch vond ik de plek niet echt fijn om in mijn eentje te staan. De volgende dag daarom een stukje terug gereden naar een stuwmeer; Barragem do Pego do Altar. Een mooi meer, en er zijn wc’s en warme douches (gratis)! Deze plek stond me wel aan, dus besloten om hier voorlopig te blijven. We hebben een vriendelijk Duitse buurman die hier al een paar dagen staat en ook nog even blijft. Deze buurman heeft ook een leuke hond, dus Lotte heeft ook een vriendje. Het is hier mooi en rustig.

(fotootjes volgen, verbinding is even erg slecht)

Ton heb ik gisteren naar het station in Grandola gebracht en is dus aan zijn 3 daagse treinreis naar Nederland begonnen. En ik vermaak met hier in de zomerse zon. Al is het natuurlijk wel even wennen alleen, na 14 maanden 24/7 samen te zijn geweest. (inmiddels eergisteren, want vanwege slechte internet verbinding was het niet mogelijk om de blog gisteren al te versturen)